AG Vespa heeft de Fierensblokken in het zuiden van het Antwerpse stadcentrum laten renoveren. De twee woonblokken waren in de jaren 1930 gebouwd in opdracht van sociale huisvestingsmaatschappij Onze Woning. Na de huidige, zo goed als voltooide renovatiewerken worden de appartementen niet opnieuw op de sociale woonmarkt gebracht, maar verhuurd op de privémarkt. Daarmee speelt AG Vespa in op de noden van voornamelijk jonge mensen of eenoudergezinnen, wiens inkomen net te hoog ligt voor een sociale woning, maar voor wie het toch erg moeilijk is om in de stad een eigen woning of een betaalbare huurwoonst te vinden. Ook voor mensen die na verloop van tijd moeten verhuizen uit een sociale woning is het een oplossing.
Het grootste Fierensblok vormt een rechthoek, afgezoomd door vier straten. Vroeger maakte een van de hoeken geen deel uit van het complex. Volgens het nieuwe ontwerp van de Nederlandse architectenbureaus Happel Cornelisse Verhoeven en Molenaar & Co is het bestaande hoekgebouwtje afgebroken en vervangen door een nieuwbouw die wel integraal deel uitmaakt van het complex. Het sluit qua proporties, kleur en detaillering goed aan bij de bestaande, gerenoveerde vleugels, die onder handen genomen werden door A C H Bouw en Vanhout.
Het ontwerp gaat uit van een mix van 110 woningen met een tot vier slaapkamers, drie logeerkamers, vier werkruimtes en één kantoor, gemeenschappelijke dakterrassen, acht commerciële ruimtes in casco en een binnenhof met doorkijk naar de straat. Enkele appartementen zijn uitgewerkt als collectieve starterswoningen voor vijf personen. Vroeger ging het om 205 vrijwel identieke appartementen. De vermindering in aantal maakt dat een deel van de appartementen nu flink wat ruimer is, tot maximaal 120 m². De doorkijk komt vooral tot stand door de verruimde beglazing van de commerciële ruimte op de begane grond. De vitrines zijn niet alleen groter dan vroeger, maar ook langs zowel de straatkant als de binnentuin aangebracht.
De ruimere appartementen kwamen tot stand door de bestaande woongelegenheden horizontaal of verticaal te koppelen. Zo ontstonden op het gelijkvloerse niveau duplexwoningen met rechtstreekse toegang tot het binnengebied. “Hogerop realiseerden we ruimere woonvertrekken door enfiladedoorbraken te creëren tussen bestaande kamers”, vertelt Raf Van Loon, projectleider bij Vanhout. Toch bleef de oorspronkelijke plattegrond van het complex vrijwel intact. “Daardoor konden we karakteristieke details zoals de gevelverblendstenen, de zoutgeglazuurde tegels, de blauwe hardsteen, de grindbezettingen, de terrazzobetonvloeren in de gangen en de geprofileerde paneeldeuren in de appartementen zoveel mogelijk in hun context behouden.”
Driekwart van de dakoppervlakte is afgewerkt als groendak, rondom de dakterrassen met open pergola’s tussen de trapvolumes. Dankzij een subsidie van de Vlaamse overheid zijn de sedumvlakken op verschillende plaatsen uitgebreid tot intensievere groendaken met diverse kruiden en mossen, boven op retentiekratten voor waterbuffering. Het groen op deze site vormt een belangrijke bijdrage aan het netwerk van groene stapstenen in de wijk en de uitbouw van Antwerpen tot klimaatrobuuste stad. De architecten hadden al ervaring opgedaan met deze aanpak bij de restauratie en renovatie van het Justus van Effengebouw in Rotterdam, een vergelijkbaar sociaal huisvestingscomplex uit 1922.
Het nieuwe hoekgebouw kreeg door het spel met de hoogtelijnen en de afknotting van de hoek een karakteristiek silhouet. Het is net als de bestaande winkelplint afgewerkt met een paars-bruine glazuurtegel. Langs de Nationalestraat ontsluit een nieuwe portiek de bovenliggende appartementen met twee slaapkamers en de multifunctionele ruimte op de bovenverdieping. “Ook de acht liften zijn nieuw”, aldus Van Loon. “Het gebouw met binnenplein kreeg er zes, het andere twee. Om de liftschachten te bouwen, braken we bestaande vloerplaten uit en brachten we nieuwe funderingen aan, met twaalf micropalen per schacht. En onder het binnenplein groeven we een ruime fietsenberging uit. Die konden we tijdens de latere werken goed gebruiken als opslagplaats voor de bestaande binnendeuren. We werkten zoveel mogelijk circulair en hergebruikten wel 750 oude binnendeuren.”
Om aan de huidige bouwnomen te voldoen, was het ook nodig om meer dan duizend stalen ondersteuningsprofielen te plaatsen en de dunne vloerplaten te versterken met CFRP-wapeningen. “Om gewicht te besparen, pasten we een lichtgewicht droogvloersysteem toe. En om de gevels intact te houden, isoleerden we het gebouw langs binnen, deels met gipskartonnen voorzetwanden en deels met geïsoleerde snelbouwstenen en dampopen lichtgewicht isolatieblokken.”
Bouwkundig onderzoek wees uit dat de oorspronkelijke kleuren van de buitengevel in de loop der jaren veranderd waren. “De renovatie bracht de originele tinten terug”, zegt Steven Beyaert, directeur werven bij A C H Bouw. “Zo waren de raamkozijnen niet wit, maar okerkleurig aan de straatkanten en zandgrijs in de binnenhoven. De metalen poorten en hekjes waren niet bordeauxrood zoals voor de renovatie, maar blauwzwart. De entreedeuren en deurkozijnen van de trappenhuizen waren blauwgrijs, met een zilverkleurige afwerking. De stalen puien in de trappenhuizen waren zilverkleurig en bruin geverfd.”
De Fierensblokken zijn vernoemd naar hun architect, Gustave Fierens (1881-1962). Ze werden opgetrokken in 1938-1939 en zijn een goed voorbeeld van baksteenmodernisme in Antwerpen. Indertijd waren ze erg vooruitstrevend inzake modern wooncomfort en gemeenschappelijke voorzieningen. De volwaardige keuken en de individuele badkamer voor elk appartement en de fontein en zandbakken op het binnenplein waren nog lang niet vanzelfsprekend. Fierens was toen al een gevestigde waarde. In zijn beginperiode maakte hij verschillende ontwerpen in art nouveau, beaux arts en eclecticisme. Tijdens het interbellum schakelde hij vlot over naar art deco en modernisme. Inspiratie voor de sociale aspecten van de Fierensblokken – zoals het grote binnenplein – vond hij vermoedelijk in Wenen.
In 2015 wou het stadsbestuur de Fierensblokken eigenlijk slopen. Het zag daarvan af na felle buurtprotesten en de erkenning van hun hoge architecturale waarde. Eerder hadden ze enkele jaren leeggestaan, met alle typische gevolgen van dien. De huidige renovatie is het resultaat van een architectuurwedstrijd. Voor de bouw van de blokken stond op het terrein een gasfabriek. Daarom was, voorafgaand aan de renovatie, naast asbestverwijdering ook een bodemsanering nodig.