Na meer dan honderd jaar kreeg een herenhuis in hartje Gent een stadstuin van zo’n 24 vierkante meter en een kleurrijke achtergevel die een glimlach op ieders gezicht tovert. Doekzonwering en ventilatie van Renson bleken de perfecte match voor een gezond en comfortabel binnenklimaat.
De woning uit 1920 had geen tuin. Tot Thomas Roelandts van Marge Architecten zijn inzichten en het ‘Reiken’-principe toepaste op het gebouw. “We slankten het bouwvolume af, maar maakten er tegelijk kwalitatievere ruimte van”, legt Roelandts uit. “Binnen in het hoofdgebouw optimaliseerden we zowel de indeling als de afwerking, vaak met chirurgische ingrepen. Als alles goed zijn plaats krijgt, is er niet per se meer plaats nodig.”
Kleur en lineariteit maken van de achtergevel een echte eyecatcher en een evenwichtige tegenhanger voor de polychrome voorgevel. Voor de gebouwplint viel de keuze op een blauwe tint, die een beetje vervuiling van de tuin verdraagt. Naar boven toe evolueert deze naar zonnig geel. De gebouwkroon, met bolvormige gevelisolatiebepleistering voor een expressieve kromming, herneemt de blauwe kleur. De bandarchitectuur met witte boorden zet de maten van de raamordes gelijk en vormt meteen ook een buffer tussen het geel en het blauw om te bruuske overgangen te vermijden. Het schrijnwerk kreeg dan weer een opvallende tint die ergens tussen oranje en zalmroze ligt.
De vijf kleine ramen in de traphal zitten diep in de gevel ingewerkt. Daardoor valt het glasoppervlak volledig in de schaduw en zijn screens overbodig. De grote ramen in de leefruimtes werden dan weer zo ver mogelijk vooruit geduwd om de binnenruimte te maximaliseren. Daar zijn compacte Fixscreens van Renson geïntegreerd, die in dezelfde kleur gelakt zijn als het schrijnwerk. Ook voor het grote vouwschuifraam van 2,90 meter was doekzonwering een ideale optie. Het onderste raam krijgt door het persrooster op de bovenliggende verdieping dan weer genoeg schaduw in de zomer en voldoende licht gedurende de andere seizoenen.
Als architect kent Thomas Roelandts ook het belang van voldoende ventilatie. Het was evenwel een huzarenstuk om een centraal ventilatiesysteem te integreren in het verticale woonconcept van deze verbouwing. “De historische gevel had nog te veel ‘luchtlekken’ om in aanmerking te komen voor een balansventilatiesysteem. Met de Healthbox 3.0 van Renson hebben we gelukkig goede ervaringen als het op vraaggestuurde C-systemen aankomt”, zegt Roelandts.
De Healthbox 3.0-unit zit centraal in de woning ingebouwd, in een kast boven het sanibloc-toilet. Daar komen alle luchtkanalen toe vanuit de badkamer, de keuken en het souterraintoilet. Elke vochtige ruimte heeft andere kleppen, voorzien van de gewenste sensoren voor het specifieke ruimtegebruik. Dat maakt dat elke ruimte op maat geventileerd wordt. De afvoer van de vervuilde binnenlucht loopt via het dak, zodat roosters in de achtergevel uit den boze waren. Daarvoor loopt één schacht als ruggengraat van het souterrain via de keuken naar de verdieping erboven, waar ze is weggewerkt in een beeldbepalende kast. Moulures rond de koker laten deze schacht perfect blenden in het geheel. In de badkamer is de schacht dan weer geïntegreerd in een nisje achter het bad. Over een naadloze integratie in het interieur gesproken.