Platform voor de bouw
Circulair Real Estate levert geanimeerd debat op
Van links naar rechts: Sarah Vermeulen, Davy Demuynck, Hein van Tuijl, Timothy Bourgois en Brigitte Mouligneau.

Circulair Real Estate levert geanimeerd debat op

Op 10 oktober vond Circulair Real Estate plaats, een interessant seminarie over circulair vastgoed in België. Zelfs de locatie stond in het teken van dit thema, want het gebeuren ging door in de zaal ‘Produits Dangereux’ van het Brusselse Tour & Taxis. Het programma was uitgebreid en divers. Naast een rondleiding in het circulaire Marie-Elisabeth Belpairegebouw gaven verschillende sprekers inzicht in hun ervaringen met circulariteit. Daarnaast werden de aanwezigen getrakteerd op een rondetafelgesprek, waarvan we de belangrijkste punten graag op een rijtje zetten. 

Na het praktijkbezoek en een netwerklunch in het indrukwekkende Gare Maritime werd de toon van het seminarie gezet met een rondetafelgesprek. Sarah Vermeulen (beleidsmedewerker bij Agentschap Onroerend Erfgoed), Davy Demuynck (CEO bij ION), Hein van Tuijl (managing director bij EPEA Benelux) en Timothy Bourgois (manager sustainability bij Seco) werden door Brigitte Mouligneau (transitiemanager bij Vlaanderen Circulair) aan de tand gevoeld over enkele dilemma’s rond circulair bouwen. “Denken dat we gewoon dit pad moeten bewandelen en zien hoe het loopt, zou al te gemakkelijk zijn”, introduceerde de moderator deze sessie. “Er zijn meerdere aspecten die goed in overweging moeten worden genomen. Zoals: kiezen we voor herontwikkeling of nieuwbouw?” 

Logischerwijze hield Sarah Vermeulen een pleidooi om het historische patrimonium te behouden. “Onderzoek heeft uitgewezen dat we erfgoed nodig hebben om ons te kunnen situeren in de geschiedenis.” Ook Davy Demuynck pleitte voor het behoud van historisch erfgoed en wees op de positieve evolutie dat private en publieke instanties de renovatie/restauratie steeds vaker samen aanpakken. “Belangrijk is wel dat de afweging wordt gemaakt welke componenten wel en niet behouden blijven. Wij streven ernaar om het gebouw maximaal in ere te herstellen, maar het moet economisch rendabel blijven. Soms is het voor ons financieel niet haalbaar om oude panden te herontwikkelen. Denk maar aan gebouwen met een geringe hoogte. Als we er een verdiep tussenuit knippen, verliezen we te veel benutbare oppervlakte. In dergelijke gevallen zouden de overheden flexibeler moeten zijn en toelaten dat we een of twee extra niveaus boven op het pand bouwen, in een hout- of staalstructuur.”

De vier panelleden gaven grif toe dat hergebruik/circulariteit toch wel enige complexiteit met zich meebrengt.

Afwegingen maken 

Hein van Tuijl merkte op dat een herontwikkeling ook altijd ‘veilig’ moet zijn en de gebruikers het benodigde comfort moet bezorgen. “Het heeft geen zin om vast te houden aan erfgoed als het bijvoorbeeld onmogelijk is om alle asbest te verwijderen. Bovendien moeten we rekening houden met voortschrijdend wetenschappelijk inzicht. De kans is groot dat we in de toekomst nog materialen zullen ontdekken die minder goed blijken te zijn voor de gezondheid. Daarnaast zien we dat het vaak onmogelijk is om in dergelijke panden een comfortabele akoestiek te verkrijgen.” 

Sarah Vermeulen benadrukte dat het Agentschap Onroerend Erfgoed veilige gebouwen wenst en daarom steeds minder uitzonderingen toelaat. “Dit betekent weliswaar niet dat historische panden volledig door nieuwbouw moeten worden vervangen. Er moet altijd worden bekeken welke elementen behouden kunnen blijven.”

Extra complexiteit

De vier panelleden gaven ook grif toe dat hergebruik/circulariteit toch wel enige complexiteit met zich meebrengt. Timothy Bourgois: “De meeste bouwelementen verliezen na verloop van tijd een deel van hun technische karakteristieken. Het is dus fout om ervan uit te gaan dat ze zomaar ergens anders kunnen worden toegepast. Dit zijn zaken die al in de ontwerpfase moeten worden besproken en bestudeerd. Niet alleen in het kader van stabiliteit, maar ook op het vlak van verzekeringen en brandveiligheid.” 

Davy Demuynck gaf toe dat dit nog te weinig gebeurt, vooral omdat het verkrijgen van de vergunningen zoveel tijd en inspanningen vergt. Hij pleitte voor een systeem waarbij hergebruik zou worden beloond door onder meer kortere vergunningstrajecten. Ten slotte waren de gesprekspartners het allemaal eens dat een materialendatabank verplicht zou moeten worden, maar dan op Europees niveau. “Dit zou pas een echte enabler voor circulariteit zijn”, aldus Timothy Bourgois. “Al was het maar als handvat voor de banken die dan een basis hebben om betere kredietvoorwaarden toe te kennen bij projecten die maximaal materialen recupereren.”    

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?

Bekijk alle resultaten